Kwallofoben

Zondag zeventien september, het is half vier als Esther, Inge, Janine, Jean-Pierre en ik elkaar treffen op de boulevard. Het weer is goed voor de tijd van het jaar, zeker na de regenbuien die sinds gisteravond gevallen zijn.
Tijdens ons loopje, het strand op richting de vloedlijn zegt Janine dat het seizoen weer een beetje aantreedt en ik antwoord dat ik vandaag begonnen ben met de tuin winterklaar te maken, iets wat ik normaal in maart pas doe. Jean-Pierre reageert met een feestje van herkenning in zijn stem, "wij moeten de zomerplanten nog buiten zetten". Het gaat van kwaad tot erger, ik heb namelijk de roos gesnoeid en dat moet kennelijk in maart en Inge observeert dat het gespreksniveau al voordat we het water aanraken gedaald is tot een niveau behorende bij dobberen in zes graden.
Het is gezellig druk op het strand en we zoeken een plaatsje dicht bij het water maar wel rekening houdend met het tij dat nog een uurtje opkomt.
Niet veel later stappen we het water in met een warm welkom door twee grote blauwe kwallen, wat een feest!
Moeite met doorkomen, ik vervloek deze activiteit, maar met water van dik negentien graden is er echt heel weinig om je druk over te maken. Zelfs het aantal kwallen valt reuze mee al claimt Janine dat er heel veel hele kleine kwalletjes zitten. Janine wordt hier stellig tegengesproken door de grootste kwallofoben, een groep waarin ik toch zeker een "aanzienlijke" positie heb, we houden vol dat het luchtbellen zijn.
Inge raakt even later volledig in paniek als ze per ongeluk haar eigen arm aanraakt en denkt dat het een kwal is. Jean-Pierre ondergaat het geheel kalm en bedaard en Esther steekt mij naar de kroon in het koninkrijk der kwallofoben.
We slaan ons door de luchtbellen heen en gaan na ruim een kwartier weer landinwaarts. Bij onze spullen wacht een fles Cava, verschillende soorten bier en een leuk vervolg van onze gesprekken. Waarom zouden we nog een minuut langer blijven dobberen?


Reacties

Populaire posts van deze blog

K-Kwal

Eerste lentedag

Flessenpost