"Hansige" opblaasstoel

We hebben de smaak te pakken, twee november en we nemen de tweede duik deze maand. Hans, Kim, Jean-Pierre, Esther, Janine, Inge en ik zijn erbij. Half één vandaag, geen zon, water van iets boven de veertien graden, de lucht is twaalfeneenhalve graad en de zon heeft verlof. Inge zegt dat ze speciaal voor Jean-Pierre aparte thee heeft gezet want die houdt niet van pittige thee, ik protesteer want moet altijd drinken wat de (thee)pot schaft. Kim wil graag vlak onder de boulevard omkleden (lekker uit de wind) maar daar ligt het vol met glas dus zoeken we naar een plekje waar geen glas is. Dit levert een versplintering van de groep op want Hans en ik lopen naar het water en de rest blijft bij de muur. Het duurt een eeuwigheid voordat de rest zich bij ons voegt want Kim moet haar nog natte badkleding aantrekken, Hans bekent aan mij dat hij hier danig in gebreke is gebleven. Als we uiteindlijk in het water dobberen komt de slappe praat los. Geen idee wat hier de oorzaak van is, de temperaturen zijn gelijk aan gisteren dus het echte verschil met voorgaande keren is dat Janine er weer bij is, dat zal de reden dus wel zijn. Op het strand rennen twee mensen met zo'n "handige" opblaasstoel die je met een zwaai in de wind zou moeten kunnen opblazen, de ene is er best handig is want die zit al binnen vijf minuten. Esther schreeuwt moord en brand als ze het water in loopt, Jean-Pierre ziet een haai voorbij zwemmen maar het blijkt een stukje zeewier te zijn, ik kom bijna in aanvaring met een annemoonafsplitsing en Inge maakt een wel heel raar geluid en Kim besluit naar een houtje te zwemmen (lees paalhoofd). Dan begint Jean-Pierre met woordgrappen rondom de naam Hans en Hans zegt dat hij ze allemaal al gehoord heeft, we gaan los en laten onze fantasie in overdrive gieren maar veel origineels komt er niet uit: Hans-up of ik schiet, Hans-weert Yerseke, Hansaplast, van Hanse Garte, ... Jean-Pierre vraagt of het Harry-bo snoepjes bij de thee zijn, onbegrijpelijk. Er vaart een schip voorbij op het moment dat Kim juist op de terugweg van het houtje naar ons zwemt, de zuigende werking van het schip en de stroming maken het onmogelijk ons zwemmend te bereiken dus stiekem maakt ze gebruik van de grond wat wij natuurlijk meteen als valspelen bestempelen. Ondertussen rent er nog steeds iemand met die opblaaststoel over het strand, ditmaal gevolgd door een hond die ook graag zijn nagels in de stoel zet. De vloedgolf van het schip zet ons ineens in diep water, enigszins bezorgd kijken Hans en ik (van de splintergroepering) naar onze spullen maar we houden het droog. Na een minuut of vijftien lopen we weer het strand op en terwijl we de door Inge met zorg gezette thee-in-alle-smaken drinken, zien we dat inmiddels beide personen uitgeput zijn neergestreken op hun "handige" opblaasstoel of moet ik zeggen "Hansige" opblaasstoel.

Reacties

Populaire posts van deze blog

Eerste lentedag

Nou nou, leuk? Dat zullen we nog wel zien!

Als ik terug kon in de tijd